Door Melanie Phillips

Palestijnse Arabier die twee Israëlische reservisten hielp lynchen in Ramallah, 2000. Let op de bebloede handen.

Een van de mysteries van de oorlog tegen Israël is de mate waarin een monsterlijk verdraaid verhaal over Israël en de Palestijnse Arabieren – waarin de eersten als het kwaad en de laatsten als geheiligde slachtoffers worden neergezet – door zoveel mensen is overgenomen.

Nog vreemder is dat dit verhaal de motor van de progressieve politiek lijkt te zijn. Het is niet alleen dat “intersectionaliteit” de Joden demoniseert, maar ook dat het wordt gedreven door een obsessie met Palestinisme.

Zoals Corinne Blackmer schreef in Tablet: “In queer- en vrouwenstudies wordt het onderwerp Palestina regelmatig ingebracht in de meest onwaarschijnlijke contexten, in die mate zelfs dat een studente in een college over queer history me vertelde dat ze niets anders dan Palestina bespraken.”

Het verbazingwekkende verhaal van Mohammed al-Durah illustreert hoe pervers dit is. Op 30 september 2000 zond de Franse tv-zender France 2 beelden uit vanuit Gaza waarop te zien was hoe de 12-jarige al-Durah door Israëlisch vuur werd doodgeschoten terwijl hij zich tijdens een demonstratie aan zijn vader vastklampte.

Dit iconische beeld ontketende de tweede intifada, de Palestijnse terreuroorlog tegen Israëlische burgers waarbij tussen 2000 en 2005 meer dan 1.130 burgers werden vermoord en meer dan 8.000 gewond. De beelden leidden tot hysterie in de Arabische en islamitische wereld.

Elf dagen later, toen twee Israëlische reservisten Ramallah binnenkwamen, werden ze door een menigte doodgeslagen. Ze gooiden een lichaam uit een raam, verminkten het en lieten het door de straten paraderen. Een glunderende Palestijnse Arabier werd gefotografeerd terwijl hij zijn handen in de lucht zwaaide onder het bloed van de Israëli’s, terwijl de menigte schreeuwde: “Wraak voor het bloed van Mohammed al-Durah!”.

Een jaar later, tijdens het misselijkmakende anti-joodse haatfestijn van de VN in Durban, Zuid-Afrika, werd het lichaam van Mohammad al-Durah als een beeltenis opgevoerd tussen duizenden demonstranten die haat tegen Israël schreeuwden. Vervolgens werd Wall Street Journal verslaggever Daniel Pearl onthoofd door Al-Qaeda, expliciet voor de moord op het kind.

De hele al-Durah moord was echter een valstrik en een groteske leugen. Zoals ik in 2007 in een Parijse rechtszaal zag, bleek uit niet eerder vertoonde Franse tv-beelden dat de gevechtsscènes in scène waren gezet met camera’s, producenten en zelfs make-up technici die zichtbaar waren in een kermissfeer.

Palestijnse “demonstranten” werden op brancards gelegd en naar ambulances gebracht. Maar er was geen enkel bloed of bewijs van verwondingen, zelfs niet bij Mohammad al-Durah, met de jongen die door zijn vingers gluurde vlak nadat een verslaggever had aangekondigd dat hij was gedood.

De persoon die als geen ander deze monsterlijke laster onder de aandacht heeft gebracht is Richard Landes. Als professor middeleeuwse geschiedenis aan de Universiteit van Boston, gespecialiseerd in apocalyptische millenaristische sekten, realiseerde hij zich plotseling dat hij naar precies hetzelfde fenomeen keek onder de Palestijnse Arabieren. Hij meldde de al-Durah hoax op zijn blog en bedacht de term “Pallywood” om het theater van de Palestijnen van moorddadige verzinsels te beschrijven.

Landes staat stil bij de al-Durah hoax in zijn nieuwe en prachtige boek Can the Whole World be Wrong? Dodelijke journalistiek, antisemitisme en wereldwijde jihad. Het is essentiële lectuur voor iedereen die de waanzin van vandaag wil begrijpen.

Het boek stelt de vraag: hoe komt het dat het westen eenvoudigweg zijn verstand heeft verloren in de kwestie van de Palestijnse Arabieren?

Zoals Landes zegt, gedragen de huidige westerse journalisten zich als ware gelovers in de leugens over Israël. Ze hebben nooit het verslag over Mohammad al-Durah gecorrigeerd, dat opruiende laster blijft die de Israëli’s belast voor de veronderstelde koelbloedige moord op een weerloos kind.

Zij hebben ook nooit de smaad van het bloedbad van Jenin gecorrigeerd. In 2002, na 16 maanden van menselijke bomaanslagen waarbij meer dan 600 Israëli’s werden vermoord, doodde de IDF 52 tot 56 Palestijnse Arabieren in Jenin, waarvan ongeveer 40 strijders. Israël verloor tijdens die operatie ook 23 IDF-soldaten in hinderlagen die hen werden opgedrongen doordat hun commandanten erop stonden van deur tot deur te gaan om het aantal burgerslachtoffers te beperken.

Toch publiceerden de westerse media – met wat Landes omschrijft als “dodelijke journalistiek” – hysterisch opgeblazen Palestijns-Arabische beweringen over een bloedbad waarbij honderden of zelfs duizenden Palestijnen waren gedood.

Het westerse publiek heeft de indruk gekregen dat de menselijke bomaanslagen voortkwamen uit verzet tegen de Israëlische “bezetting” en “oorlogsmisdaden”. In feite zijn ze het resultaat van genocidale jihad-oorlogspropaganda die door westerse journalisten zelf wordt geleverd en verborgen.

Verschrikkelijk genoeg werden de Israëliërs destijds beschreven als de nieuwe nazi’s. Maar de kwaadaardigheid die werd ontketend was nog erger. Zoals Landes schrijft: “Het ging er vooral om bevrijd te zijn van een gevoel van verplichting tegenover de Joden, een kans om de Jodenvervolging weer op te pakken die de Europeanen zo lang werd ontzegd door een politiek correcte post-Holocaust nuchterheid.”

Landes citeert een giftige opmerking van een lid van het House of Lords, waarover de Spectator berichtte: “Nou, de Joden hebben erom gevraagd, en nu kunnen we godzijdank eindelijk zeggen wat we denken.” In die tijd kreeg ik iets gruwelijks te horen dat erop leek.

Deze dodelijke westerse mentaliteit onder liberalen en progressieven gaat verder dan onverdraagzaamheid tegen Israël. Het heeft ook het falen van het westen gevoed om de jihadische veroveringsoorlog die wordt gevoerd tegen de westerse beschaving te identificeren en aan te pakken.

Liberalen, schrijft Landes, hebben de voornaamste wet van onderwerping onderschreven: beledig de moslims niet. De onvermijdelijke cognitieve en morele dissonantie heeft geleid tot een “politiek van verontwaardiging” die een radicaal gedesoriënteerd westen weerloos heeft achtergelaten voor de jihadistische aanval.

Westerse politici hielden na 9/11 vol dat moslims over de hele wereld woedend waren over de gruweldaad omdat de islam een “godsdienst van vrede” was. Dat deden ze, ook al vierden moslims over de hele wereld feest en vond ongeveer 90 procent van hen, volgens verschillende commentatoren, dat Amerika “het verdiende”.

Toen een islamist genaamd Ahmad al Aliwi Alissa in maart 2021 tien mensen vermoordde in Boulder, Colorado, identificeerden velen hem op Twitter als een “blanke christelijke supremacist”. Ayaan Hirsi Ali, een in Somalië geboren vrouw die de islam ontvluchtte om een van haar krachtigste aanklagers te worden en die leeft onder een fatwa die haar vermoording gebiedt, werd in 2014 door feministen afgebrand en door Brandeis niet meer uitgenodigd, want islamofoob.

“Dodelijke journalisten” die Palestijnse jihadistische oorlogspropaganda als objectief feit rapporteren, begrijpen niet dat zij daarmee de oorlogspropaganda van hun eigen vijand als nieuws rapporteren.

Deze kritische blindheid is geworteld in een halve eeuw waarin het westen de schuld kreeg van zijn “erfzonden” van kolonialisme en imperialisme. Deze culturele zelfhaat heeft de identiteitspolitiek van ras en geslacht voortgebracht. “Mensenrechten-NGO’s die Israël en de VS uitschelden voor racisme en slavernij hebben het apocalyptische jihadistische verhaal overgenomen dat stelt dat de VS en Israël de Grote en de Kleine Satan zijn.

Dit heeft geleid tot wat Landes noemt: “De Alice in Wonderland mentaliteit: wanneer jihadi’s een democratie aanvallen, geef dan de democratie de schuld”. Dus terwijl het jihad-antisemitisme wordt gezuiverd als verzet tegen de onderdrukker, wordt kritiek op de islam of de Palestijnen aan de kaak gesteld als “haatzaaien”.

Zoals Landes schrijft, heeft in deze giftige mix een nieuw antisemitisme postgevat in progressieve kringen over de hele wereld.

Het is een verbijsterende alchemie van omgekeerde verhalen, die Landes beschrijft als een preventieve overgave aan de islamistische aanval. Het resultaat, schrijft hij, is dat “wanneer de ergste Jodenhaters ter wereld hun Jodenhaat op de meest weerzinwekkende manier uiten, het steunen van hen de lakmoesproef is geworden voor radicale geloofsbrieven”. En het meest tragische van alles is dat zoveel progressieve Joden zijn meegegaan in deze waanzin.

Dus hoe kunnen we het bestrijden? Op de enige manier die we kennen: met feiten, bewijzen en rede. Maar we mogen er niet aan twijfelen dat we niet alleen vechten om de waarheid over Israël vast te stellen en het antisemitisme terug te dringen. We vechten om een westerse wereld te redden die gewoon zijn collectieve verstand heeft verloren.

________________________