Raoul Heertje dhimmie-enkelbandRaoul Heertje in 2025 bij de uitreiking van de sharia-enkelband aan de dhimmie van het jaar

Taal is belangrijk, zeggen de policor-kletsmeiers. En: taal kan de voorfase zijn van geweld. Zeker. Maar ook het ontbreken van taal kan tot geweld en oorlog leiden. Het ontbreken van protest-taal bijvoorbeeld en van de nodige maatregelen die daarop zouden kunnen volgen. Zie Hitler. Zie Breivik. Zie Mohammed.

Ik bijvoorbeeld word door het multikrolse hufterdom dat in het hele Westen al 30 jaar aan de macht is gedwongen alsmaar explicietere en radicalere taal te gebruiken omdat de multikul-klutskoppen weigeren om de werkelijkheid van de nazislam onder ogen te zien en die te laten volgen door die ene existentieel noodzakelijke maatregel: onmiddellijk stopzetten van alle immigratie uit moslimlanden. Zodoende, door het ontbreken van woorden, moet ik bang zijn nog eens met een doorgesneden strot en een paar kogels in mijn sodemieter te eindigen. Net zoals Theo van Gogh. En het enige wat ik eigenlijk doe is een dreigende werkelijkheid de radicale taal geven die zij verdient. Ook Theo van Gogh deed niet meer dan dat.

rob riemen als geleerdeRob Riemen als geleerde

We praten vooral tegen Raoul Heertje, maar we beginnen met Rob Riemen

En het houdt niet op met de potsierlijke des-informatie door minkukels. Zo sprak Rob Riemen op het populaire Lowlands Festival van augustus 2011, omdat de directeur van die drugs-and-feelgood-happening  een progressieve hoornen bril draagt en dus net als Riemen van mening is dat de PVV fascistisch is.

Rob Riemen zei vorig jaar in de Volkskrant,  in antwoord op de suggestie van een interviewer dat wellicht niet Wilders en niet de PVV, maar radicale moslims de fascisten zijn:

Er is geen enkele godsdienst zonder fundamentalistische stroming. In Amerika heb je christelijke fundamentalisten die bommen leggen bij abortusklinieken. Maar het is onzin om een hele godsdienst over een kam te scheren.”

Kijk, daar heb je het. Die totale flauwe kul. Dat nitwitten-gezeik van de vet betaalde directeur van het zwaar gesubsidieerde policor-instituut Nexus. Dik doen kunnen ze daar goed, maar geen wezenlijk benul van de Joods-Christelijk-Verlichte traditie die door Wilders vertegenwoordigd wordt en waarin dit bommen-leggen-bij abortus-klinieken een ontsporing en een zeer hoge uitzondering is. Terwijl in de islam dat “bommen-leggen” door Allah zelf wordt voorgeschreven voor de onveranderlijke eeuwigheid. En het gebéúrt ook al 1400 jaar in de islam, en niet alleen met bommen, maar vooral is het gedaan met het zwaard. Islam: dat is oceanen van bloed, terreur, racisme en onderdrukking.

Mijn gewaardeerde collega “Filantroop”, die bijna net zo goed schrijft als ik, typeert mijnheer Riemen en zijn optreden op Lowlands voortreffelijk:

“Demagogie hoort bij landdagen. Een massa toespreken in de openlucht hoort bij het fascisme. Wilders brult zijn aanhang nooit à la de NSB, als destijds op de Lunterense landdagen toe. Waarom lijkt het huidige “fascisme” toch zo weinig op het oude fascisme, maar lijkt het antifascisme daar juist steeds meer op? Het antwoord is nog simpeler dan de vraag. Antifascisme is van hetzelfde paranoïde wortelstelsel afkomstig als waar het fascisme van afkomstig is. Pogingen politieke stromingen in z’n geheel te liquideren vanwege het gevaar dat die voor de samenleving zouden kunnen opleveren, is een fascistisch middel. De eerste daad die fascisten plegen zodra ze de macht bezitten is de gangbare politieke partijen uitschakelen. De antifascistische beweging is sedert het einde van de Tweede Wereldoorlog bij voortduring actief geweest met demagogie, bedreiging, het verhinderen van het recht op vrije politieke vergadering, en zelfs met geweld om vermeend fascisme te bestrijden. Het was dus juist zelf fascistisch actief. Fascisten vind je altijd op straat. Dat is hun ideale biotoop omdat de democratie ze binnenshuis machteloos maakt. De massa is hun favoriete fauna, omdat het een intimiderend effect heeft op democraten. Daarom zal Rob Riemen spreken op een hedendaagse landdag. Dat zal hem een begeesterd en extatisch gevoel geven. Het is oude wijn in nieuwe zakken. Zijn kop heeft hij in ieder geval mee.” ***

Filantroop bedoelt dat Riemen uiterlijk op Himmler lijkt. Ga hier maar eens kijken, daar vind je nog meer behartigenswaardigs van Filantroop over deze quasi-intellectueel.

Raoul Heertje

Dit is de tweede aflevering – hier staat de eerste – van een voorlichtingstekst over de islam, speciaal toegeschreven naar Raoul Heertje, niet omdat hij zoveel dommer zou zijn dan al die andere multikrolse idioten – (de domste is Job Cohen) – maar omdat hij de arrogantste is, méér verwaten nog dan de kunstkwast Alexander Pechtold.

Wij verwijzen opnieuw naar de kosmische debiliteit en de grenzeloze pedanterie waarmee op ongeveer 40 seconden van dit filmpje Raoul Heertje de vraag stelt:

“Probleem? Islam? Wâ dan?”

Op precies 43 seconden moet u het beeld even stilzetten en dat hoofd van Heertje een wijle meditatief in ogenschouw nemen.

RAOUL HEERTJE OP 43 SECONDENTrifkovic en sappige anekdotes over Mohammed

Ik had beloofd dat ik eerst in deze aflevering 2 aan de hand van de figuur van de Profeet Mohammed (vzmh) zou uitleggen wat het probleem met de islam zou kunnen zijn en vervolgens, in aflevering 3 meer in het algemeen zou  behandelen wat er al 1400 jaar wereldwijd met die totalitaire politieke ideologie aan de hand zou kunnen wezen.

Ik zal dus in het volgende inderdaad vooral aan de hand van het boek van Serge Trifkovic, “The Sword of the Prophet” (2002) een portret schetsen van Mohammed. Dat is een boek dat West-Europa zou kunnen redden als het vertaald en gelezen zou worden. Maar naar bekend worden er alléén miljarden uitgegeven als het de economische en sociale ondergang, de islamisering alsook de ver-Sovjetisering van Europa verder helpt. Teksten moeten het liefst gaan over hoe Joden op Wall Street door de Mossad ontvoerde Palestijnse weeskinderen verkopen om in bloedmatzes verwerkt te worden. Dan heb je zó subsidie van onze of de Europese overheid te pakken. Of anders wel uit de sferen van het goede-doelisme.

Terzake! Ik zal in deze aflevering 2 een vrije samenvatting geven van de eerste 50 pagina’s van Trifkovic’ boek, die speciaal gewijd zijn aan Mohammed, de profeet van de islam. Ik raad vooral aan om de anecdotes goed te onthouden, zodat u na lezing in staat zult zijn om eens zo’n sappig verhaaltje in gezelschap te vertellen. Je kunt ze het best onthouden door een trefwoord en één kernzinnetje. Je zegt dan bijvoorbeeld:

“Ach die van Abu Rafi is leuk! Die van dat zwaard met die voedselresten!”

“De vlijt en discipline van de profeet was best groot: hij werkte zelfs af en toe ’s nachts door bij fakkellicht.”Of:

“Soms moet je eigen zonen beschermen tegen té lekker wijven!”

Of:

“Als je zo iets hoogs hebt beledigd, dan helpt het ook niet meer als je braaf een kindje gaat liggen zogen!”

Of:

“De speciale band van Allah met Mohammed blijkt eruit dat de Profeet héél erg intieme en persoonlijke wensen door Allah meteen vervuld kreeg.”

De mythische Mohammed

Over de wetenschappelijkheid van de overlevering rond Mohammed  – (en ook trouwens van de Koran) –  kunnen we kort zijn: niet. Het zijn mythes en voor wie geïnteresseerd is, heb ik in een aparte paragraaf onderaan een korte uiteenzetting toegevoegd over de totstandkoming van de “Hadith” (handelingen en worden van de profeet in het dagelijks leven) en de Koran, het rechtstreekse woord van Allah. Zie hier beneden onder het kopje “Toegift, alleen voor doorzetters: over de ontstaansgeschiedenis van de islam”. Daar kan men leren dat die hele biografie-industrie van Mohammed historisch-wetenschappelijk hoogstens een mythe is, maar veel belangrijker is de vaststelling dat de echte kenners van die mythe, de priesterkaste van de islam, de “ulema”, de “wetenden”, heel erg in die mythe geloven, althans in de toepassing van de gruwelijke principes van die mythe.

En die principes zijn massamoord, sluipmoord, slavenhandel, vrouwenhaat, Jodenhaat, misleiding, bedrog, onderdrukking, uitbuiting, parasitisme en een kras opportunisme. In vroeger jaren kon men in Nederlandse steden nog wel eens moslims tegen komen, die op straat, bijvoorbeeld bij de ingang van een supermarkt, rode rozen aan autochtonen uitdeelden ter gelegenheid van de geboortedag van Mohammed. Het is niet gezegd dat ze zich helemaal bewust waren van het diep misdadige karakter van de “Profeet”, maar dat ze er helemaal geen idee van hadden, is toch ook niet aan te nemen.

In het volgende doen we net of we zeker weten dat Mohammed heeft bestaan. Want dat doen de moslims tenslotte ook.

Mohammed heeft de tribale woestijn-mentaliteit van de 7e eeuw in Arabierië in een zogenaamde “godsdienst” vastgelegd, maar het is eigenlijk meer een maffia-erecode: binnen de eigen stam roof en moord je niet, maar naar buiten toe is alles geoorloofd. Wat je de buren die niet tot jouw stam behoren aandoet, wordt alleen beperkt door de gewelddadige machtsmiddelen van die buren. Dat ontzag voor die machtsmiddelen  noem je “respect”. Een woord dat veel gehoord wordt in zowel maffia- als islamkringen.

Het sprookje dat tot het vaste repertoire van de islam behoort, is dat de islam een leegte opvulde of iets nieuws bracht en dat er een einde kwam aan de “tijd van onwetendheid” (jahilia). Maar Mohammed voorzag slechts de tribale codes van een quasi-religieuze saus. Je kunt zelfs zeggen dat de islam in vergelijking met de stammen-ethiek in moreel opzicht een verslechtering was. Wat er wél nieuw was, is dit: hij wist alle Arabieren met hun verschillende goden onder één Allah te verenigen. De Arabieren werden, in plaats van elkaar beoorlogende stammen, één grote stam die voortaan op wereldschaal moordde en plunderde: de stam van de “gelovigen” tegen de “ongelovigen”. Ook op die wereldschaal, net als in de oude tijden van onderlinge strijd der stammen, liet deze eenheidsstam zich maar op één manier afstoppen: met superieur geweld.

Mohammed: een rare jongen

De monnik Buhaira zag al vroeg bij het jongetje Mohammed de tekenen van het aankomende profeetschap en waarschuwde Mohammeds oom uit te kijken voor de Joden – (Voor wie? Jaja, voor de Joden!) –  want die zouden zeker proberen hem te doden. Het was inderdaad niet moeilijk de tekenen te zien. Terwijl normale stervelingen, zoals Augustinus zegt, tussen stront en pis worden geboren, viel Mohammed uit zijn moeder meteen geheel schoon op de grond, met geheel verzorgde navelstreng. Hij pakte een handvol aarde en zei: “Allah is groot.” Als dat geen profeet is!

Dat bleek ook later wel, toen hij een reis ondernam op een gevleugeld-paard-met-een-vrouwenhoofd naar “de al-Aqsa-moskee” in Jeruzalem. Nu zijn daar grote twijfels over. Neen, niet natuurlijk over dat vliegende paard met dat vrouwenhoofd, maar of de “verste moskee” (want dat betekent “al- Aqsa”) wel die van Jeruzalem was en of het niet die van Mekka was. Ik ga u niet vermoeien met de details, want het is een ingewikkelde controverse, maar politiek is het natuurlijk wel relevant in verband met Israël en “de Westbank” en zo. Enfin, Mohammed bindt zijn vliegvrouwpaard vast bij die al-Aqsa-moskee, stijgt ten hemel en krijgt aldaar van Allah Himself instructie hoe Gods eigen geloof ingericht moet worden. Ja, de islam heeft veel materiaal voor harde grappen door cabaretiers, maar ze maken ze niet.

Mohammed kreeg altijd precies op tijd de openbaringen die hij nodig had. Bijvoorbeeld als hij Allahs toestemming nodig had om de Joden te haten, of als hij zin had om een vrouw van een familielid af te pakken, of als er weer een geslaagde roofmoordtocht was geweest en Mohammed kreeg lust om voortaan uit elke buit de eerste keus te hebben aan de lekkerste slavinnen, kostelijkste kostbaarheden en rijkste landerijen. Dat zag Allah dan en dan kreeg Mohammed meteen een boodschap “neergezonden” – zo noemen de moslims dat – die dat regelde.

Dat is overigens pas later gekomen, in Medina, toen hij macht had, dat hij openbaringen kreeg waarin Allah hem zijn zin gaf in zijn geilheid en moordlust en hij zich met goddelijke goedkeuring kon uitleven. Aanvankelijk, nog in Mekka, ging hij alleen maar af en toe een paar dagen naar een afgelegen grot en kwam dan daarna de inwoners van Mekka vertellen – (dat is de plaats waar hij zijn jeugd en eerste volwassenheid beleefde) –  dat er maar één God was, die Allah heette. En dat die poppetjes van de Mekkaanse goden in die vierkant gebeitelde meteoriet, Kaaba geheten, afgoden waren. Mohammed vertelde dat die Allah-god hem dat zelf verteld had, want dat die Allah tegen hem sprak via de engel Gabriël als hij zich weer eens een paar dagen terugtrok in die grot.

Mohammed was een wees, aanvankelijk van beroep schaapherder, ongeveer het meest bescheiden baantje dat er bestond aldaar en indertijd. Maar toen hij zich terug begon te trekken in die grot was hij inmiddels getrouwd met een oudere en rijke dame die Kadisja heette. Dat gold indertijd als een niet zo mannelijke manier om rijk te worden, trouwen met een oudere rijke dame. Mohammed was ook erg pacifistisch in het begin, want hij stond bekend als iemand die een keer gillend van het slagveld was weggelopen. Later is hij daar dubbel en dwars van genezen, van die afkeer van bloed.

Toen hij begon te beweren dat hij stemmen hoorde in die grot, haalden de Mekkanen dan ook hun schouders op. Hij stond bekend als een beetje een rare jongen, die Mohammed, en hij werd niet erg serieus genomen. Slechts een klein groepje familieleden, waaronder natuurlijk de oudere dame Kadisja – (want oudere dames hebben vaak wel iets met het spirituele) – en een groepje dweperige jonge mannen zagen wel iets in de openbaringen van Mohammed.

Beginnend machtsmisbruik

Het machtsmisbruik van Mohammed begon toen hij in Mekka bezoek kreeg uit Medina van een groep mannen die hem kwam vertellen dat Mohammed op hen kon rekenen bij de verspreiding van de nieuwe godsdienst in Medina. En dat ze bereid waren geweld te gebruiken. Toen kreeg Mohammed ineens een openbaring van Allah dat hij de Mekkanen moest bevechten. Vervolgens bleef dat maar doorgaan met die openbaringen, die precies op tijd kwamen en precies in het straatje van Mohammed pasten. Op die manier kreeg hij bijvoorbeeld op het juiste moment toestemming van Allah om de karavanen van de Mekkanen aan te vallen. En toen zich een prachtgelegenheid voordeed om dat in de vastenmaand Ramadan te doen – (dat is een pre-islamitisch gebruik) – traditioneel een tijd dat zelfs de stammentwisten, onderlinge roofovervallen en moordpartijen even ophielden, kreeg Mohammed van Allah een heel precieze openbaring waarin Allah toestemming gaf om ook tijdens Ramadan de Mekkanen te pakken te nemen. Dat was ook wel nodig, die toestemming, want het was tegen alle mores in dat je ueberhaupt je eigen stam aanviel en dat waren de Mekkanen voor Mohammed: de eigen stam.

Nadat hij zich in 622 na Christus in Medina had gevestigd begon Mohammed vanuit die plaats roofmoordtochten tegen Mekkaanse karavanen te ondernemen. Naar dat voorbeeld kwamen later de roofmoordtochten van de hele islamitische natie over de halve wereld. Die roofmoordtochten werden erg vergemakkelijkt omdat Allah aan Mohammed vertelde dat, als er moslims zouden vallen in de strijd, zij rechtsreeks naar het paradijs zouden gaan waar ze 72 lekkere wijven 7 dagen per week en 24 uur lang  konden neuken. Er zijn serieuze en recente controverses geweest onder de “ulema” (de “wetenden”, de priesterkaste), of er sprake kon zijn van een permanente erectie, dat wil zeggen een eveneens 7×24 erectie bij de ten hemel opgenomenen.

We zijn bezig met het aandragen van elementjes die de vraag van Raoul Heertje kunnen beantwoorden:

“Probleem? Islam? Wâ dan?”

Het is niet zo’n probleem dat Mohammed misschien helemaal niet bestaan heeft . Ook niet dat, als hij wel bestaan heeft, er massa’s  leugens en verzinsels over hem in de officiële geschriften van de islam staan. En ook niet dat er nog veel meer is wat er níét in staat, maar er wél in zou moeten. Het waarheidsgehalte is niet zo van belang.

Cynisch-hypokriete islam: geen moraal en geen wetenschap

Wat wél een probleem is: dat die wrede sprookjes al 1400 jaar door moslims hartstochtelijk geloofd worden en dat op kritiek en op wetenschappelijk onderzoek naar die wrede sprookjes de doodstraf staat. Want dat is twijfelen, een beroep doen op de menselijke Rede en dat is een van de ergste doodzonden die een moslim kan begaan. Zou Raoul Heertje dat als een probleem van de islam herkennen? Het enige wat een moslim mag, is luisteren naar Allah en ter verduidelijking de woorden en daden van de Profeet erop naslaan, maar alléén zoals geïnterpreteerd door de “oelema”, de “wetende” priesterkaste.

Er is iets dat dermate hypokriet en cynisch is aan de islam, dat het humor is en misschien ook best wel een probleem. De tradities van Jodendom en Christendom zijn helemaal  stuk geanalyseerd en gerelativeerd en al eeuwen ontdaan van de wrede dogma’s, terwijl met name de Joodse traditie via kritiek op “God” en door zelfkritiek  leidt tot wetenschap en gewetensvorming . In de islam  staat op inhoudelijke kritiek de doodstraf.

En nu komt dat welhaast grappige: toch beweert de islam dat Jodendom en Christendom vervalsingen zijn van de islam – dat die dus eigenlijk altijd al bestond – en dat Mohammed de laatste en grootste Profeet is: “het zegel der Profeten”.  De leer van de islam beweert ook dat Jezus een islamiet was, een profeet, weliswaar niet zo groot als Mohammed natuurlijk, en dat de christenen de overlevering vervalst hebben. Tot Mohammed in de 7e eeuw na Christus de boel kwam rechtzetten. Wrede, immorele kletskoekreligie verwijt ethische en verlichte godsdienst dat die boel belazert. De islam pervers? Hoezo?

Omdat kritiek onmogelijk is, is een moslim in principe gewetenloos. Als hij de wrede leer volgt, is het namelijk onmogelijk een persoonlijke ethiek te ontwikkelen. Zou Raoul Heertje dat nou als een probleem herkennen? Natuurlijk heb je “goeie” moslims. Maar alleen als ze eigenlijk geen moslim zijn. Bernard Lewis: “Er zijn gematigde moslims, maar de islam is niet gematigd.” Want hoe vaak er ook in de Koran staat dat Allah zo’n toffe “erbarmer” is: Allah is een genadeloze boef en een slachter, net als zijn Profeet.

Bijna 100% van wat er aan wetenschappelijk prestaties ooit geleverd is onder islamitisch bewind, is ondánks de islam geleverd en komt voor rekening van geleerden uit de door de islam onderworpen volken. Moraal en wetenschap hebben consequent gestagneerd en zelfs geregresseerd, al die 1400 jaar van het bestaan van de islam. Daarom is Finland op zijn eentje met 5 miljoen inwoners en zonder gigantische olie-inkomsten vele malen productiever dan Saoedi-Arabië met 30 miljoen.

Samengevat: het probleem met de islam is – let je op, Heertje! – dat het een uitzonderlijk wrede, agressieve, platte, racistische en roofzuchtige traditie is, waarin kritiek met de doodstraf bestraft wordt, een leer die voor eeuwig onveranderlijk is, zodat men mag hopen dat het niet écht waar is wat er zowel in de Koran als de Hadith staat, namelijk dat er meer dan eens engelen meevochten aan de kant van de moslims en zij op die manier op een getalsmatig veel sterkere tegenstander de overwinning behaalden.

De slag bij Badr: een begrip voor elke goed moslim

De allereerste veldslag die Mohammed en consorten vanuit Medina wonnen tegen de Mekkanen, was die bij Badr in 624. Het ging tegen de Mekkaanse stam van de Qurays. Het afgehouwen hoofd van de aanvoerder van de Quraysh, Abu Jahl geheten, werd  voor de voeten van Mohammed gelegd. En volgens de heilige mythe, opgetekend in de Hadith, riep Mohammed dat hem dit meer plezierde dan het zien van de prachtigste kameel in Arabië en dat je nou eens heel duidelijk zag dat Allah zijn Profeet niet ongestraft liet afwijzen. Want dat was de onvergeeflijke zonde geweest van Abu Jahl.

De slag bij Badr is ueberhaupt een begrip ook voor hedendaagse moslims. Het sprookje luidt dat de moslims, om Allah te bedanken voor de winst, voortaan zouden vasten in de Ramadan, maar de waarheid is dat het een pre-islamitisch gebruik is en dat Mohammed en zijn bende elk code braken die er maar was, ten eerste dat je niet je eigen stam aanviel en ten tweede dat je dat vooral niet tijdens de Ramadan deed, de tijd dat je zelfs vreemde stammen met rust liet.

Maar deze fundamentele erecode-breuk en moordpartij is dus een van de iconische gebeurtenissen in de islam. Toen Sadat samen met Syrië in 1973 tijdens de Yom Kippoer-oorlog de derde poging tot genocide op de Joden ondernam – (de eerste was 1948, de tweede in 1967) – noemde hij de operatie van het oversteken van het Suez-kanaal “Operatie Badr”. Het moordenaars-regime in Saoedi-Arabië heeft een hoge onderscheiding die naar Badr is genoemd. Islamitische scholen, ook in het Westen, worden naar Badr vernoemd.

Vermoorde cabaretiers

Na de slag bij Badr zag Mohammed onder de krijgsgevangenen een zeker al-Nadr, een bard, een cabaretier, een rhapsodist, een folk-singer, een legendeverteller. Mohammed was door al-Nadr meerder malen belachelijk gemaakt. Zoals men weet houden moslims daar niet van en Mohammed al helemaal niet. Dus ging Mohammed respect afdwingen. Al-Nadr, die zijn eigen lijk al zag drijven, probeerde zijn leven te redden door te zeggen, dat, als omgekeerd de Quraysh gewonnen zouden hebben, zij nooit hun krijgsgevangenen vermoord zouden hebben. Mohammed antwoordde dat door de nieuwe godsdienst alle oude banden en tradities verbroken waren. Al-Nadr werd onthoofd door Ali, die nu nog de grote held van de Sji-ieten is. Inderdaad: de tijd van “jahilia” (onwetendheid) was voorbij. Een nieuwe moraal deed zijn intrede.

Bij de haat jegens al-Nadr kan ook nog een ander element meegespeeld hebben: de rancune van de ongeletterde Mohammed die niet eens kon lezen en schrijven, dus laat staan de toen geldende regels van de poëzie en recitatiekunst kende. Allah heeft trouwens zelf nog maar eens even bevestigd dat het feit dat Mohammed niet kon dichten een hoger wilsbesluit van Allah zelf was: “We hebben geen dichtkunst geleerd aan onze Profeet.” Mohammed had trouwens ook een hekel aan muziek en op die afkeer gaat de afkeer die de hele islamitische anticultuur doordrenkt terug. Wie zingt krijgt, volgens Allah, twee duivels op zijn schouder. Khomeiny, die ook minimaal zo’n slordige miljoen mensen op zijn geweten zou hebben als-ie een geweten had gehad, stond bekend om zijn afkeer van muziek, behalve van oorlogsmarsen. De Taliban-haat jegens muziek is legendarisch.

De Profeet had respect voor vrouwen

Na de slag bij Badr leefde Mohammed zijn rancune volledig uit. En met de zegen van Allah zelf, dat spreekt voor zich. Er was een man die vroeg wie er nou voor zijn dochtertje zou gaan zorgen als hij onthoofd werd. “Het hellevuur”, antwoordde Mohammed dichterlijk. Bedoelende: het hellevuur zal wel zorgen voor de kleine meid. Dat was niet zo gek gezegd van Mohammed, want volgens zijn eigen leer gaan sowieso de meeste vrouwen naar de hel en zitten er dan ook veel meer vrouwen dan mannen in die hel.

Overigens moeten mensen nu niet gaan denken dat Mohammed niet van vrouwen hield, maar dan meer om ze te neuken. Hij lustte de meisjes al vanaf hun achtste levensjaar. Men weet dat, toen Aïsha door de Profeet “tot zich werd genomen” – (Ach wat is die islamitische taal toch bloemrijk, soms!) – zij haar poppen meebracht naar Mohammeds woonstede. En dat is echt tot op heden traditie in de islam hoor! De schattingen lopen uiteen hoeveel vrouwen Mohammed heeft “gehuwd”, dat loopt in de tientallen. En hoeveel slavinnen hij heeft geneukt is al helemaal niet te zeggen, want slavinnen had hij gewoon naast zijn “wettige” vrouwen, maar verder werd van slavinnen  geen administratie bijgehouden.

We hebben het over de Liefde van de Profeet van de islam voor alle mensen en voor de vrouw in het bijzonder. Die man die om zijn leven smeekte om voor zijn dochtertje te kunnen zorgen, werd vervolgens voor de ogen van Mohammed en op zijn bevel afgeslacht. En wat zei de Profeet? “Ik dank Allah dat hij jou heeft afgeslacht en daardoor mijn ogen troost heeft gegeven.”

Toevallig – (Hoe kan het zo mooi uitkomen!) – had Allah net voordat de Profeet lekker helemaal los ging een boodschap “neergezonden” dat er altijd eerst afgeslacht moest worden voordat er vrede kon zijn. We nemen Soera 8 vers 67/68 er even bij: “Een Profeet hoort geen krijgsgevangenen te hebben zonder eerst een slachting te hebben aangericht.”

Dit vers leent zich overigens voor dermate gunstige vertalingen dat een gewoon mens er niet achter zou komen wat er nu eigenlijk staat, en dat soort misleidende vertalingen bestaan dan ook.  Maar de moslims zelf weten het drommels goed. Zou dit nou overigens zijn wat de hilarische Vlaamse denker Tom Naegels bedoelde toen hij over de Koran zei: “( . . .) een eeuwenoude, zeer poëtische, moeilijke tekst ( . . .) die zijn betekenis slechts mondjesmaat prijsgeeft”. Tegelijk zond Allah via Gabriël naar Mohammed neer dat ongelovigen de ergste beesten zijn (8:55/57). Volgens Allah met zijn 99 poëtische namen, is het dus niet alleen toegestaan om de vijand af te slachten, maar zelfs verplicht. Je moet overigens eens horen hoe aanstellerig zo’n autochtone collaborateur van de moslimomroep “Allah” kan zeggen als hij het programma “De schone namen van Allah” aankondigt.

De Barmhartige Profeet van Allah, die dus zelf ook een Enorme Erbarmer is – (dat wordt tot vervelens toe in de Koran herhaald, alleen blijkt het nergens uit, integendeel) – bevindt zich dan pas twee jaar in Medina als de slag bij Badr (624)  is beslecht. En dan gaat de Erbarmer wraak nemen op zijn tegenstanders en laat een algemene sfeer van doodsangst en terreurdreiging neerdalen over de stad, net zoals de “oelema” (de priesterkaste) de “oemma” (de gewone gelovigen) altijd en overal bij elke verovering naar dit voorbeeld zal bevelen te doen in de 1400 jaar die volgen.

Wat ook 1400 jaar bleef gelden, maar alleen in het allergunstigste geval, dus als er niet gewoon woordeloos begonnen werd met afslachten door de moslims: de Medinezen konden kiezen tussen bekering, de dood of een uitzinnige belasting betalen die gepaard ging met zware vernederingen, de jizya. In de praktijk van de geschiedenis van de islam bleek dat soms het afslachten werd nagelaten omdat van bergen dooie Joden, christenen of hindoes het moeilijk belasting heffen is.

Cabaretière Asma bint Marwan: onthou die naam!

Maar terug naar het positieve multiculturele sfeertje in Medina na de slag bij Badr, toen Mohammed besloot op zijn persoonlijk vijanden wraak te gaan nemen. Een van de slachtoffers was een dichteres, genaamd Asma bint Marwan. Wat had zij voor vreselijks gedaan? Om te beginnen was zij een dichteres, en dus zal ook jalousie de métier bij Mohammed een rol gespeeld hebben. Had ze nog iets speciaal ergs gedaan, deze Asma bint Marwan? Ze had gezegd dat de mensen Mohammed niet moesten geloven of navolgen en dat op een scherpe, vileine manier. Want het was een goeie dichteuze. Nou, dáár houden moslims niet van, van spot, zoals men weet. Die willen respect voor het geloof van de vrede!

Dus vroeg de Gezant van de Grote Erbarmer zo in het algemeen in de kring van zijn metgezellen: “Wie verlost me van Asma bint Marwan?” Umayr meldde zich. Wie was Umayr? Ach wat doet het ertoe, een van die massa-moordenaars en slachters die het gezelschap van Mohammed (vrede zij met hem) vormden. Umayr ging naar de woning van Asma en doorstak haar zwangere buik terwijl ze haar jongste kind aan het zogen was. En weet je wat Mohammed over Asma tegen Umayr zei na afloop? “Twee bokken zullen om haar niet kopstoten.” Dat wil zeggen: ze was van dermate weinig belang, ze was zo min dat zelfs twee geile mannetjesdieren geen ruzie om die Asma gemaakt zouden hebben. Het  is eigenlijk bijna net zo goed als de vader van een klein meisje vermoorden en dan zeggen dat de hel wel voor het kleine meisje zal zorgen.

Abu Afak en Ka’b bin al-Ashraf: onthou die namen!

Groot respect voor vrouwen en kinderen was dus een kenmerk van de Profeet van Allah. Maar ook bejaarden ontsnapten niet aan Mohammeds liefdevolle aandacht. Hij liet een 100 jaar oude dichter, geheten Abu Afak, op de bekende wijze afslachten. Wat had hij gedaan, Abu Afak? Hij had de vele verboden en verplichtingen, kortom het totalitaire karakter van de leer van Mohammed gehekeld. Zeg nou zelf? Dat kan toch ook niet?

Zullen we nog maar een vermoorde cabaretier doen? Het was de vierde in een rijtje. Ik citeer een moderne islamitische website, die de episode beschrijft van de moord op Ka’b bin al-Ashraf:

“Ka’b was een echt gevaar geworden voor de sfeer van vrede en wederzijds vertrouwen die de Profeet met veel moeite probeerde te bereiken in Medina. Hij was gevaarlijk en een publieke vijand van de beginnende moslimstaat. De Profeet was behoorlijk ontstemd over hem ( . . .). Dit was deel van het grote proces ( . . .) dat zorgde dat de islam zich verspreidde en zich kon baseren op fundamenten van rechtvaardigheid en vroomheid”

Dat klinkt in zijn intense hypokrisie vertrouwd Robespierre-achtig, Stalinistisch, Hitlereus, Maoïstisch en Pol Potterig. Je moet er een stuk of wat – of een paar miljoen, of vele miljoenen – uit de weg ruimen, maar dan heb je ook wat. Namelijk ruim baan voor het ideaal. En dat ideaal blijkt steevast opnieuw miljoenen doden te vereisen ter bestendiging. Zo ook in de islam. Het verschil met de andere ideologieën: het duurt al 1400 jaar en tot op heden voort.

Bij de moord op Ka’b bin al-Ashraf zien we een vroege vorm van de taqiyya die later voor alle moslims verplicht zal worden. “Taqiyya? Wá’s dâ dan?”, zal een Raoul Heertje geneigd zijn te vragen. Dat is de plicht, opgelegd door Allah zelf – (de Grote Listensmid wordt Allah in de Koran genoemd!) – om de ongelovigen met leugens en vriendelijkheden te bedriegen en verblinden tot de moslims sterk genoeg zijn om openlijk geweld te gebruiken. Zo deden de door Mohammed gestuurde moordenaars zich als vrienden voor, lokte de cabaretier zijn huis uit en slachtten hem toen af.

Hier nog een website uit deze postmoderne tijden die begint met de verheerlijking van de hoofddader van de moord op al-Ashraf:

“Zwart groot en stoer, torende Muhammad ibn Maslamah boven zijn tijdgenoten uit. Hij was een reus onder de metgezellen van de Profeet, een reus in lichaam en in daden.”

Inderdaad stak deze morele reus het zwaard zo diep in al-Ashraf dat het bij zijn reet er weer uitkwam

Ibn Sunayna en Abu Rafi: onthou die namen!

We zijn nog steeds in 624 in Medina vlak na de slag bij Badr, de slag waarin de moslims door engelen werden geholpen de overwinning te behalen, de slag waarna Mohammed van Allah zelf opdracht kreeg slachtingen onder zijn vijanden aan te richten en waarna Mohammed verscheidene moedige cabaretiers liet vermoorden.

En dus toog Muhayyia bin Mas’ud op weg om een Joodse koopman te vermoorden. De Joodse koopman die op de bekende wijze geslacht werd, heette Ibn Sunayna. De moordenaar had een broer die Huwayissa heette. Die Huwayissa vroeg aan broer Mas’ud waarom hij de man vermoord had aan wie Mas’ud “het vet op zijn buik te danken had”. Zo formuleerde Huwayissa het en hij bedoelde dat Mas’ud vroeger in dienst was geweest bij Ibn Sunayna, de door hem vermoorde Joodse koopman.

Nou antwoordde Mas’ud aan Huwayissa het volgende: als Mohammed gevraagd had aan mij om jouw kop eraf te hakken, dan had ik het ook gedaan. Huwayissa is toen ook maar moslim geworden, want een geloof dat zo krachtig is, kan je beter maar niet tegen je hebben. En kracht zit er in, absoluut! En angst, dood, bloed, racisme, seksisme, wreedheid, achterlijkheid, huichelarij, intense vulgariteit en het platste materialisme en opportunisme.

We zijn nog steeds in Medina, niet lang na de slag bij Badr in 624, en Mohammed terroriseert de stad. Mohammed had na de slag al vele Joden weten te doden en beroven, maar nu moest er nog een speciale Jood vermoord worden. Gewoon, omdat het kon. Hij had niks speciaals misdaan, zelfs Mohammed niet “beledigd”, maar hij was rijk, prominent en Jood en dus wilde Mohammed hem graag doden en van zijn bezittingen beroven. Zes van de barmhartige metgezellen van de Erbarmprofeet van Allah-de-Erbarmer gingen zich ontfermen over Abu Rafi, want zo heette de koopman. In de nacht aangekomen bij zijn huis slachtten de barmhartige metgezellen van Mohammed Abu Rafi af terwijl hij in zijn bed lag te slapen.

Maar toen de metgezellen terug waren bij opdrachtgever Mohammed (vrede zij met hem!) kregen ze onenigheid over wie aan Abu Rafi nu eigenlijk de doodssteek had gegeven. Ze kwamen er niet uit. En maar ruzieën en kwebbelen! Mohammed zag dat eens even glimlachend aan en kwam toen, in zijn superieure wijsheid, met de oplossing. Hij vroeg de toffe metgezellen allen hun zwaarden te tonen en besloot dat de eigenaar van het zwaard waaraan nog voedselresten kleefden de fatale buiksteek moest hebben toegebracht. Altijd ethisch en toch praktisch, Mohammed.

Mohammed gaat massamoorden

Alles bij elkaar zijn in opdracht van Mohammed in Medina een dertigtal moedige cabaretiers en Joden afgeslacht. Neen, daarbij waren inderdaad geen Raoulen Heertjes of Jan-Japen van der Wallen. Want dat zijn laffe kwallen. Het waren geeneens Theo’s van Goghen, het waren gewoon mensen die het niet met Mohammed eens waren.

Daarna zette Mohammed de volgende stap in de opvoering van de terreur en gaf hij het bevel alle Joden te vermoorden die zijn aanhangers maar te pakken konden krijgen. Wat bij dappere cabaretiers wel lukt – ze allemaal individueel vermoorden omdat van deze bijzondere mensensoort er altijd heel weinig rondlopen op aarde – ging niet bij de Joden. Er waren er gewoon teveel. Dus zocht Mohammed, naar praktischer oplossingen. Jaja, precies! Ongeveer als Hitler! Alleen waren er nog geen miljoenen Joden in Arabierië en hadden de moslims die technische faciliteiten niet die de nazi’s wel hadden. Het was toen nog allemaal gewoon handwerk met veel bloed, dus niet dat dat steriel-technische en papierig-bureaukratische.

Die haat tegen de Joden had Mohammed gekregen doordat ze hem hadden afgewezen. Het moet inderdaad een beetje moeilijk voor hem zijn geweest: een rare jongen die toch al nooit serieus werd genomen in Mekka, maar dan kiest God zelf jou uit en blijk je een heel bijzonder mens te zijn, eigenlijk God zelf, en vervolgens wijzen die verrekte Joden je nóg af. En dan zullen de Joden natuurlijk tijdens de disputen met Mohammed een beetje neerbuigend zijn geweest, want ja, Mohammed bleek de tradities toch eigenlijk niet erg goed te kennen, om het zacht uit te drukken. Dat kwam natuurlijk allemaal bovenop de afwijzingen uit de jeugd van Mohammed en zo werkte alles mee om van Mohammed een van rancune vervuld persoon te maken en van de islam een rancuneleer. Zei iemand daar “Menno ter Braak”? En hoorde ik daar niet opnieuw “Hitler?” Ja, verdomd! De afgewezen visionaire schaapherder en de afgewezen visionaire kunstschilder, beiden in ballingschap, de een in Medina, de ander in Landsberg en dan komen de wraakzuchtige teksten en vervolgens de miljoenen doden.

Opnieuw was er hulp van Allah bij Mohammeds wraakplannen. Hij kreeg van Allah zelf een waarschuwing dat de Banu Nadir, een Joodse stam, het op zijn leven voorzien had. Mohammed belegerde hen en ze werden verdreven uit Medina. Later werden ze op hun nieuwe plaats van vestiging alsnog door Mohammed cum suis uitgemoord. Maar voorlopig nam Mohammed genoegen met het leeuwendeel van de bezittingen van de hele stam van de Banu Nadir, waardoor hij direct een zeer rijk man werd.

Een verkrachtingsprobleempje

We arriveren inmiddels in het jaar 626 na Christus, twee jaar na de slag bij Badr en we zijn nog steeds in Medina als Mohammed de Joodse stam van Banu-‘l-Mustaliq aanvalt, er een flink aantal afslacht en ze van alles berooft wat ze hebben. Inclusief hun vrouwen en kinderen. Met de buitgemaakte vrouwen organiseren de moslims meteen na de slag een nacht van verkrachting. Nu rees tijdens het verkrachten overigens een theoretisch probleempje. (Dus, Raoul Heertje, je ziet: we behandelen hier niet alleen problemen mét de islam, maar ook problemen bínnen de islam.) De vrolijke verkrachtende manschappen van Mohammed vroegen zich namelijk af wat de status van eventuele kinderen was die door de verkrachte vrouwen gebaard zouden worden. De vraag werd ter plekke aan de Profeet voorgelegd.

Die vond het antwoord niet zo moeilijk, Ach, wat is moeilijk voor iemand die in contact staat met God zelf? Want reeds had Mohammed alweer een nieuwe boodschap van Allah ontvangen ter zake van vrouwelijke krijgsgevangenen. Die hadden, volgens God, dezelfde status als slavinnen. Nou, en slavinnen kan je net zoveel neuken als je wil in de islam en de kinderen van die slavinnen zijn gewoon ook slaven. Ga maar eens kijken in de Koran, Soera 4 vers 24 (soms 28). Het gelul dat je daar vindt is natuurlijk van een fantastische kryptiek – (Hallo, Tom Naegels!) – maar de schriftgeleerden weten echt wel wat het betekent. Met name de term “wat uw rechterhand bezit” is code voor slaven of slavinnen. Ja, de islam is heel subtiel in zijn verwoordingen. Maar de orgieën van geweld, je man die voor je ogen geslacht wordt, die ongevraagde pik in je kut met eventueel daarna dat mes ook nog in je eigen strot of afvoering in slavernij, zijn natuurlijk niet subtiel. Of vindt u dat te grof, lezer? Is dat niet de goede “toon van het debat”?

Banu Qurayzah: doorwerken bij fakkellicht

In 627 na Christus viel Mohammed de laatste overgebleven stam in Medina aan, de Banu Qurayzah. De beschuldiging luidde: collaboratie met de Mekkanen die in datzelfde jaar hadden geprobeerd Medina aan te vallen en in te nemen. Was dat een smoes? Waarschijnlijk. Doet het ertoe? Neen. Mohammed vond en de islam vindt altijd een reden om aan te vallen. En speciaal als het Joden betreft. Zie Israël tot op de dag van vandaag. Zie de straten van de Westerse steden anno nu. Vanaf Mohammed is het altijd voldoende gebleven om de islam af te wijzen om onderworpen te worden aan iets als zware onderdrukking-annex-uitbuiting tot massamoord. Anders gezegd: in de leer van de islam geldt het als een diepe belediging om dat geloof af te wijzen, als een daad van agressie die bestraffing eist.

De Banu Qurayzah werd aangeboden zich te bekeren tot de primitieve waanvoorstellingen van de Grote Epilepticus, maar ze weigerden. Toen volgde er een massaslachting van rond de 800 mannen. Ze werden onthoofd voor de ogen van hun vrouwen en kinderen. Omdat Mohammed het in één massamoord-sessie wilde afmaken werd er ’s avonds doorgewerkt bij het licht van fakkels. Er werd een grote greppel gegraven op de markt van Medina, een voor een werden de Joden naar voren geleid – de handen achter de rug gebonden – en kregen geknield zittend voor de greppel de vraag voorgelegd of ze zich bekeerden. Bij een nee werd het hoofd afgehakt en lichaam en hoofd in de al aanwezige poel van lichamen, hoofden en bloed geschoven.

De vrouwen van de vermoorden werden vervolgens massaal verkracht. Mohammed koos zelf een zekere Rahaina bint Amr uit om zich mee te vermaken. Natuurlijk pas nadat ook haar man voor haar ogen onthoofd was.

Khomeinys parfum

Khomeiny werd in 1979 onder gejuich van “links” – (die halve gare Foucault was dol op ‘m) – als de grote wijze verzoener in Teheran binnengehaald. De grijze wijze met de meditatieve oogopslag bleek een massamoordenaar te zijn, net als zijn voorbeeld Mohammed. Het bleek, en ik richt mij nu speciaal tot Raoul Heertje, een háááátbáááárd. Khomeiny liet in één jaar meer politieke tegenstanders ombrengen dan de Sjah in 25 jaar. Net als Mohammed hield Khomeiny erg van parfum. En van héél erg kleine meisjes.

Er staat een getuigenis op het internet die ik geloofwaardig vind. Een moslim vertelt dat hij op reis was met Khomeiny. Er werd overnacht in het huis van een vriend van Khomeiny en na het avondmaal vroeg Khomeiny of hij met het vijfjarige dochtertje van de gastheer een “tijdelijk huwelijk” voor de nacht mocht aangaan. (Naar bekend bestaat prostitutie niet in de wereld van de islam.) Dat vond de gastheer goed. Er waren ook oudere dochters in huis, maar Khomeiny gaf de voorkeur aan de vijfjarige. De verteller, de man die tot het reisgezelschap van Khomeiny behoorde, hoorde ’s nachts het meisje gillen.

De instelling van het “tijdelijk huwelijk” werd ook veel aangewend tijdens de “revolutie” in Iran in 1979. De “Revolutionaire Garde” de stoottroepen van Khomeiny, die gespecialiseerd waren in het strotten doorsnijden van politieke tegenstanders, bewaakten de gevangenissen. Daar zaten heel veel meisjes en vrouwen die zich on-islamitisch hadden gedragen. En die moesten daarom vermoord worden volgens goed-islamitische erecode. Voordat ze opgehangen werden, of anderszins vermoord, gingen de “revolutionaire gardisten” vaak nog even een “tijdelijk huwelijk” met ze aan. Dat is heel gemakkelijk, er moet een “imam” zijn die daaraan zijn zegen geeft. Dat is alles.

De lezer kent natuurlijk dat gedicht van Jan Campert die tijdens de bezetting in de nazi-gevangenis zat aan de Weteringschans in Amsterdam:  “Het lied der achttien dooden”, heet het. Campert schreef het in de nacht voor hij werd terecht gesteld.

Een cel is maar twee meter lang
en nauw twee meter breed.
Wel kleiner nog is het stuk grond
dat ik nu nog niet weet
maar waar ik naamloos rusten zal
mijn makkers bovendien.
Wij waren achttien in getal
geen zal den avond zien.

Maar om terug te komen op die islam-onwaardige vrouwen in die gevangenissen in Teheran in 1979: die hadden het toch een stuk fijner terwijl ze zich op de dood voorbereidden. Die konden de gedachten verzetten en genieten van de seks met zo’n heerlijke baardmans. Die hadden er geen behoefte aan flauwe gedichtjes te schrijven zoals Jan Campert.

Je was toch op zoek naar háááátbáááárden, Raoul Heertje? Zou je dat nou háááátbáááárden kunnen noemen? Of vind je dat te ver gaan?

Maar om nog even terug te komen op de massamoordenaar, kinderverkrachter en leider van deze “Revolutionaire Garde”, liefdesbaard Khomeiny. Ik heb al gezegd dat-ie dol was op parfum. Er staat op YouTube een filmpje waar in een kleindochter van Khomeiny herinneringen ophaalt aan opa. Een leuke meid is het, lekker vol in het gezicht en ook lekker vol in de hoofddoek, stralende ogen: je zou haar zó achter de kassa bij Albert Heijn zetten! U moet lezer, dat filmpje maar eens gaan kijken en dan op 7 minuut 23 seconden beginnen.  Ze legt uit dat opa een leuke man was en ze herinnert zich vooral dat hij altijd zo lekker rook.

Ach wat zou ik graag een cabaretier zijn en dan een voorstelling maken met de naam “Khomeinys parfum”.  Maar ik moet prozaïsch verder met Mohammed, die van zichzelf zei dat hij twee zwakheden had: parfum en vrouwen. En hij verfde zijn haar met henna. Neen, dat massamoorden en slavenhouden is in de islam geen zwakheid. Dan bent u verkeerd ingelicht. Mohammed: een geile, ijdele en rancuneuze massamoordenaar. Het grote voorbeeld voor elke moslim om tot in detail na te volgen!

Allah en Mohammed: samenwerking tot in de intieme details

Ook de samenwerking tussen Mohammed en Allah ging tot in de details. In de Koran staat een vers dat de vrouwen van de Profeet verbiedt na diens dood te hertrouwen. Dat noem ik nog eens rancuneuze afgunst: over het graf heen. Op een gegeven moment was er onvrede in de harem van Mohammed, omdat hij voortdurend een Egyptische slavin van hem aan het neuken was en zijn officiële vrouwen verwaarloosde. Ja, zover kan het komen met je, als vrouw in de islam. Dat je je verwaarloosd voelt door je heer en meester, terwijl je toch netjes een nummertje hebt getrokken en in de rij bent gaan staan. Ook hier kwam Allah te hulp om te zeggen dat Mohammed zich niet hoefde inhouden met zijn slavin en dat de echtgenotes niet moesten zeuren.

Ik heb in dit stuk niet alle Koranplaatsen precies aangegeven. Koop het boek van Trifkovic maar en lees de eerste 50 pagina’s: daar staan alle vindplaatsen in de Koran bij deze verhalen.  Maar op pagina 47 moet u even opletten. Want daar staat in de voetnoot aangegeven “36:37”, maar dat is een foutje. Dat moet zijn 33:37.

Die haremkwestie staat overigens in soera 66 verzen 1 tot 3. Ja, het staat er kryptisch en in zalvend-belachelijke quasi-mystieke taal en het is voor een normaal mens onbegrijpelijk, maar het gaat dus echt over deze platte neukie-neukie-kwestie. Tom Naegels nog maar een keer over de Koran? “( . . .) een eeuwenoude, zeer poëtische, moeilijke tekst ( . . .) die zijn betekenis slechts mondjesmaat prijsgeeft”.

Op een gegeven moment liet de ijdele, geile en rancuneuze massamoordenaar zijn oog vallen op de vrouw van zijn geadopteerde zoon. De vrouw heette Zeinab en de zoon Zayd. Mohammed had Zeinab laten merken dat hij haar lekker vond en zoon Zayd had op zijn beurt aan een half woord genoeg. Die kende de Profeet!  Zoonlief scheidde van Zeinab en Mohammed . . . . eh . . . . nam haar tot zich als zijn 26 miljoenste vrouw. En nu kunt u, hooggeacht publiek, het geloven of niet, en ik zal deze keer soera (33) en vers (37) citeren, maar Mohammed kreeg ook in dit geval, net als bij de haremkwestie, een goedkeuring van Allah persoonlijk. Ik zou dit geval – en andere gevallen – zelfs niet meer met epilepsie willen verklaren. Het lijkt er toch echt sterk op dat Mohammed er in Medina steeds meer toe overging om gewoon te verzinnen wat er in zijn kraam te pas kwam.

De Koran dus, (33:37), en ik ben zo vrij het kryptische en hoogdravende gelul in begrijpelijke taal over te zetten:

“Dus toen Zayd de echtscheidingsformule over Zeinab had uitgesproken, zodat er geen misverstand bij de gelovigen zou zijn aangaande de vrouwen van geadopteerde zonen als ze de echtscheidingsformule hebben uitgesproken. En Gods verordeningen moeten gehoorzaamd worden.”

Kijk, hier is dus God zelf aan het woord,. En voorwaar, voorwaar ik zeg u: schiet mij maar in de kerstboom. Het verbale onvermogen van Allah valt hier wel erg op en het is overduidelijk dat het een uiterst onintelligente poging is van een mens – van Mohammed of van een latere fantast – om “God” woorden in de mond te leggen.

We weten natuurlijk niet wat Zayd ervan vond, maar de overlevering beweert dat hij zei: “Verheug je, Zeinab! Want de Boodschapper van Allah Zelf heeft je tot zijn aanstaande genomen!” Zeinab was ook heel trots, zegt de mythe, en naderhand schepte ze maar wat vaak op tegen de andere vrouwen in de kennel . . . pardon harem, zeggende dat Allah zelf haar aan de Profeet had gegeven.

Mohammed: groot demoralisant!

Mohammed was hoe dan ook een succesvolle leider en als je zelf ook een totaal immorele ploert was en dus geen bezwaar had tegen zijn praktijken dan zou je er zeker verstandig aan doen je bij hem aan te sluiten. Hij was niet alleen immoreel, maar ook goed in het ontnemen van moraal aan anderen. Mohammed was een groot demoralisant. Hij was genadeloos tegen de vijanden die hij door eigen toedoen maakte – (dus dat kon je beter niet zijn, vijand) – en beloonde zijn vrienden rijkelijk met neukwaar en andere buit. En met het hiernamaals-bordeel met die 72 geile wijven als je mocht sneuvelen op het “Pad van Allah”.

In 630 trok Mohammed zonder slag of stoot Europa binnen . . . . . Sorry! Ik loop op de zaken vooruit!  . . . . Mekka binnen. De leiders van de stad waren gedemoraliseerd geraakt. Deze keer was Mohammed zo slim er geen slachtpartij aan vast te knopen. Als hij in deze stad, die zich zonder strijd had overgegeven, aan het moorden zou zijn geslagen, dan zouden andere steden zich wel twee keer bedenken voor ze hetzelfde zouden doen. En Mohammeds bedoeling was om in elk geval het hele Arabische schiereiland te veroveren.

De Mekkanen kregen de keuze tussen bekering of dood. Het was voor deze Arabieren gemakkelijker zich tot de islam te bekeren. Het waren geen Joden die zelf een grote schriftelijke en complexe godsdiensttraditie hadden, waarop Mohammed parasiteerde en die hij misvormde. Deze Arabieren vereerden allerlei goden en godjes die in popvorm binnen die vierkante steen, de Ka’aba, werden bewaard. En bovendien maakte Mohammed het ze gemakkelijk: ze hoefde alleen maar met de tong het nieuwe geloof te belijden. Het hart, zo meende Mohammed, zou vanzelf wel volgen. Men ziet overigens dat de Koranspreuk dat “er geen dwang in geloof” is, nagenoeg de hele geschiedenis van deze “religie” gelogenstraft is. Vanaf Mohammed tot op heden is de islam een met dwang en terreur opgelegd geloof geweest. Moslims liegen daar heel bewust over. Want je moet wel heel slecht onderlegd zijn in de geschriften van de islam als je niet weet dat de eerdere vrij gematigde “Mekkaanse” verzen uit de begintijd van Mohammed, toen hij nog een beetje braaf was en geen macht had, ongeldig worden gemaakt (geabrogeerd) door latere radicale en wrede “Medinese” verzen. Dat er geen dwang is in godsdienst, een vroeg Mekkaans vers, wordt geabrogeerd door meerdere latere Medinese verzen, en in elk geval door het beruchte “zwaardvers”: (9:5).

Als een van de grote vaste waarheden in de islam geldt dat de tijd voor Mohammed de tijd van jahilia (jahiliyyah) was, de tijd van onwetendheid. Nu is alles in de islam krankzinnig, wreed en pervers, dus ook dit. Als er in de gebieden waar de islam heeft  geheerst ooit morele, wetenschappelijke, sociale of economische vooruitgang is geweest dan was dat ondanks de islam en via het parasiteren op de oude culturen die onder het kromzwaard gebracht werden.

Zelfs gemeten aan de tribale erecodes van zijn eigen tijd waren Mohammed en zijn leer een morele achteruitgang. Iemand heeft ooit gezegd dat Mohammed geen gewone Bedoeïen was maar een gedegenereerde Bedoeïen. Het aanvallen en vermoorden van zijn eigen stamgenoten zelfs in de “heilige maand” (Ramadan) en alleen omdat mijnheer zich beledigd voelde; de uitzinnige haat; de uitzinnige moordpartijen; de ziekelijke geilheid; het platte materialisme; het krasse opportunisme; de intense huichelachtigheid: en dat allemaal goedgekeurd door Allah.

Als je deze psychotische traditie van een epilepticus een religie wilt noemen, dan toch een unieke religie. Zo is er gelukkig geen tweede. Geen godsdienst ooit ter wereld heeft in die mate haat, agressie, moord, racisme en slavernij gepredikt. En vergist u zich niet, beminde ongelovigen, deze “religie” is in opmars en wil zijn “normen” en “waarden” aan de hele wereld opleggen. En die wil is persistent, al 1400 jaar en wordt gesteund met het oliegeld van de slachtersdictatuur Saoedi-Arabië.

Er bestaat van dit “geloof” geen fundamentalistische variant. Dit “geloof” is in zijn geheel inherent fundamentalistisch en inherent onhervormbaar. Laat u niet misleiden door moslims die uit angst of laksheid of misschien wel fatsoen de helft van deze ideologie links laten liggen, dan wel te dom zijn om hun eigen tradities te kennen. Degenen die de echte wetten van de islam wél kennen, de “oelema” “wetenden”, de priesterkaste, zijn altijd in de geschiedenis in staat geweest om die echte wetten naar voren te halen op het moment dat de moslims sterk genoeg waren om de openlijke Jihad te starten. Één voorbeeld is de moefti van Jeruzalem, die vanaf 1922 de haat tegen de Joden in Palestina opwekte met de Koran in de hand. En daarvan hebben de Israëli’s en de hele wereld al weer 90 jaar plezier.

De “extremisten” hebben in de islam niet alleen de beste papieren, maar de enige. Deze totalitaire politieke ideologie kan niet gematigd gemaakt worden. Die kan alleen in zijn geheel bij het grofvuil gezet worden. En daar hoort dit “geloof” thuis, bij de andere totalitarismen: op de vuilnisbelt van de geschiedenis.

Dulden, dulden, dulden

Ik dacht dat ik op de zondagmorgen van 21 augustus 2011 dit stuk klaar had. Maar ik ging even joggen in het Amsterdamse stadspark. Daar zag ik de Turkse ronde broden aan de waterkant liggen, een hele zooi, zo neergekwakt en met de vuilnis-zakken waarin het gezeten had er gewoon naast. Een bekend verschijnsel in de stad. De islamitische medemens pest-pleuris-tering-tiefstraalt nogal vaak hele broden op straat naast een boom of in een park bij wijze van eendjes en vogeltjes voeren. Dat gebeurt ook niet uit liefde voor het dier, maar omdat er ergens in een of ander islamitisch boek staat dat er geen voedsel verloren mag gaan.

Ik herinner me vorig jaar zomer in hetzelfde park, waarin een plek is waar de ouders hun kinderen mee naar toe nemen om de eendjes te kijken en te voeren. Twee Marokkaantjes arriveren op hun gestolen damesfietsen. Ze hebben van die grote rooie plastic Dirk-van-den-Broektassen aan het stuur hangen. Ze pakken de tassen, vier stuks, ze houden ze op kop en kwakken de inhoud – hele en halve broden – op de grond. De tassen flikker-steen-stralen ze ernaast met een vanzelfsprekendheid die niet eens meer onverschilligheid is. Ze pakken de gestolen fietsen weer op en rijden weg.

Hoe weet ik dat die damesfietsen gestolen waren? Neen, dat weet ik niet, ik raad dat maar een beetje. Toen Theo van Gogh was vermoord, stond ik na twintig minuten bij zijn lijk. Ik dorst niet echt te naderen, maar ben aan de overkant van de Linnaeusstraat blijven staan en liep vervolgens richting Mauritskade. Na nauwelijks honderd meter, terwijl ik mobiel mensen belde om hen op de hoogte te stellen, keek ik  in het gezicht van een jonge salafist. Hij keek veelbetekenend, triomferend en tegelijk leeg. Hij was gekleed als Bouyeri, in de bekende jurk, een iets kortere donkere jas erover en hij had het bekende mutsje op het hoofd. Hij stapte op een mooie, nieuwe damesfiets en reed weg.

Het “gewone” volk duldt en ondergaat de islamitische invasie in de grote en kleinere steden. Ze moeten hun bek houden, op straffe van voor racist uitgemaakt te worden door boven hen gestelden, die niet voor niks ook veel betere banen hebben, veel meer salaris krijgen en veel beter wonen, want het zijn ook moreel betere mensen.

Bijvoorbeeld de ex-minister van BZ Hans van den Broek. Ik herhaal het nog maar eens, hoe hij het ooit begrijpelijk zat te vinden in “Buitenhof” dat die moslims gewelddadig werden, bijvoorbeeld tegen Theo van Gogh, want dan moest je maar niet “het heiligste” en “dat wat mensen ten diepste beweegt” beledigen. Hij bedoelde de Profeet Mohammed. Van den Broek is ook erg kritisch op Israël. Ik zal daar ooit nog in een apart stuk op terugkomen.

Het is subtiel soms, hoe het volk terecht gewezen wordt. Bijna onmerkbaar. De zaterdag en vrijdag tevoren was er veel Assahidi in de sportprogramma’s op de tv. Assahadi is een Marokkaan uit Amsterdam-Oost, die vroeger naar eigen zeggen wel eens stout geweest is, maar nu hij een stervoetballer is bij Heerenveen niet meer. Een mooie prestatie. Als Assahidi geprezen wordt door commentatoren van de betreffende wedstrijden op tv, dan is dat altijd net iets te hysterisch, net als bij Ibrahim Affellay steeds het geval was. De commentator wil dan eigenlijk laten doorschemeren dat hij geen racist is. En dat is mooi van de commentator. Heel mooi.

Wat ik wil zeggen: Londen en de burgeroorlog is minder ver weg dan sommigen denken. En ik vrees dat Breivik ook dichterbij is dan menigeen vermoedt. Ik heb het filmpje bovenaan mijn stuk al een keer gelinkt. Ik doe het nog een keer. Op 5:40 begint een uit Irak gevluchte “moslim” te spreken. Let vooral op welke voorspelling hij doet na 6:02 en dat doet hij vóór het “optreden” van Breivik.

Toegift, alleen voor doorzetters: over de ontstaansgeschiedenis van de islam

Misschien heeft Mohammed bestaan, maar in elk geval is pas 200 jaar na zijn dood een begin gemaakt met het optekenen van zijn levensverhaal door iemand die Ibn Ishaq heet. Er zijn meer optekenaars geweest, waarvan ik er hieronder nog een paar zal noemen, maar ze zijn in elk geval van nog later, dus soms van 300 jaar na de dood van de mythische Mohammed in misschien 632.

Wie het echt allemaal wil weten – en ik moet bekennen dat ook ik er nog te weinig in heb gelezen – kan het beste terecht bij de uitgaven van het Center for the Study of Political Islam (CSPI).

De bronnen van de islam zijn:

!) De Koran: geldt in de islam als het rechtstreekse woord van Allah doorgegeven aan Mohammed via de engel Gabriël.

2) De Sira: dat zijn de biografieën over Mohammed door Ibn Ishaq en Al-Tabari.

3) De Hadith: dat zijn de woorden en daden van Mohammed in het dagelijkse leven en de meest gezaghebbende zijn de Hadith-verzamelingen van Bukhari en Abu Muslim.  Eigenlijk ook een soort biografie. Er is dan ook een zekere overlap in Sira en Hadith en ze heten samen de Soenna (“de weg van de Profeet”).

Ik heb voor het gemak in het voorgaande niet van “Sira” gesproken, ook niet van “Soenna”, maar alleen van “Hadith” omdat die naam het meest bekend is onder Nederlanders en het tenslotte toch om één granieten en toch warrige overlevering gaat.

De Koran, het woord van Allah zelf, is voor eeuwig onveranderlijk en heeft een absoluut gezag. Overigens geldt voor de “Hadith” weinig minder: deze handelingen en woorden van de Profeet worden vooral gebruikt om de woorden in de Koran te begrijpen en te onderstrepen. De overlevering zegt – maar ook dat is de mist der tijden gehuld – dat met het optekenen van wat Mohammed van Allah had gehoord, van de Koran dus,  in 620 begonnen is, dus 12 jaar voor zijn dood.

Ook die overlevering van het woord van God zelf is, natuurlijk,  net iets minder betrouwbaar dan wenselijk zou zijn. En dan bedoel ik niet dat waarschijnlijk, als Mohammed al bestaan heeft, hij een epilepticus was.  Mohammed zelf was nogal laks inzake de soera’s en werd nog wel eens aan herinnerd aan woorden van Allah die hij zelf was vergeten. Voorts ging de strijd over wat in de Koran moest staan ook na de dood van Mohammed verder. Er zijn gevallen bekend waarin ook metgezellen van Mohammed, en niet alleen Mohammed zelf,  stukken van soera’s en hele soera’s waren vergeten. En dan herinnerde de ene of de andere die het toevallig nog wél wist eraan. Aisha, het meisje dat Mohammed op 9-jarige leeftijd huwde, bekende op later leeftijd dat ook zij hele stukken van soera’s was vergeten. En ze wist ook te vertellen dat ooit een paar binnengedrongen ezels een aantal Soera’s (een soera bevat een reeks verzen) die eigenlijk in de Koran hadden gehoord, hadden opgevreten.

Maar voor de “Soenna” (Sira-plus-Hadith), voor de woorden en daden van de profeet in het dagelijks leven, geldt dus dat de eerste optekenaar er 200 jaar na zijn dood mee begon en een paar anderen nog later. En dat in een tijd dat zeer weinig mensen de magische kunst van het lezen en schrijven beheersten. Mohammed beheerste volgens de mythe geen van beide kunsten. Dus Ibn Ishaq en al die anderen moesten het als schrijvers van de biografie van Mohammed met mondeling overgeleverde verhalen doen die de ronde deden over ene Mohammed die 200 of 300 jaar eerder geleefd zou hebben,van verhalen dus van van-horen-zeggen.

Dat van-horen-zeggen-over-200-tot-300-jaar-geleden is niet het enige probleem met het waarheidsgehalte van Mohammeds levensverhaal. Zo waren Ibn ishaq en al die andere optekenaars – Al Tabari en Bukhari en Abu Muslim  – gelovige moslims en gelovigen hebben de neiging veel te geloven.

En natuurlijk is de optekening van al die mannen  bepaald door de politiek-religieuze (ideologische) eisen van de tijd waarin ze leefden. En dat was een tijd van rechtvaardiging van de heilige oorlog, de Jihad, want in de tijden dat de “Soenna” werd opgetekend stonden de Mohammedanen al tot in Afghanistan en hadden tot in Zuid-Frankrijk gestaan. Jihad en consolidatie van het veroverde, waarbij vooral rechtvaardiging van massamoord en onderdrukkings-maatregelen en uitbuitings-maatregelen nodig waren.

Wie op google “Hadith” intikt vindt een Wikipedia-item dat vreselijk geleerd, ingewikkeld en vooral zéér eerbiedig doet over die hele meuk van de Mohammed-biografie-industrie. Maar het is een mythisch luchtkasteel, zoals ik hierboven al aangaf. Kortom: 200 tot 300 jaar later van horen-zeggen opgetekend door gelovigen en gemodelleerd naar de eisen van de eigen oorlogszuchtige tijd. Dus een mythe. En een wrede veroveraars-ideologie.

We moeten het over “isnad” (ook wel “sanad”) hebben. Dat is een Arabisch woord dat voor een Nederlander de juiste klank heeft om tot een groter begrip te komen van wat het nou eigenlijk is. We vertalen het maar eens even met er-is-een-naad, namelijk eentje die al dan niet gevolgd kon worden helemaal tot een metgezel van Mohammed. De kwestie is deze: als de legendes over Mohammed, dus wat Mohammed gezegd en gedaan zou hebben, tot bij een metgezel van Mohammed teruggevolgd kon worden, dan kreeg de anecdote een “A-rating”, gold dus als een zeer betrouwbaar stukje van-horen-zeggen, ook wel “overlevering” genoemd, alsof het om een betrouwbaar pakketje informatie zou gaan.

Er zijn al voorbeelden bekend van volgens de “isnad” zeer betrouwbare overleveringen, maar die na echt wetenschappelijk onderzoek . . . . eh . . . . naadje bleken. Maar hebben “islamitische geleerden” dat zelf dan gevonden? Natúúrlijk niet! Op echt wetenschappelijk onderzoek naar Koran en Hadith staat de doodstraf in islamitische landen. Maar de Westerse wetenschap maakt aardige vorderingen de laatste tijd. De meest recente mij bekende, verantwoorde, maar ook brave en zeer gedetailleerd-ingewikkelde  samenvatting van de stand van het graven-naar-de-oorsprongen-van-de-islam staat in Eildert Mulder en Thomas Milo, “De Omstreden Bronnen van de Islam” (2009).

Uitspraken van types als Ernest Renan (1823 – 1892) en recenter nog van Salman Rushdie (ja, diezelfde!) als zou de islam toch een stuk steviger historisch gefundeerd zijn als het christendom zijn eigenlijk te dol-dom voor woorden. Het christendom is nu juist op zijn historiciteit tot in elke vezel gefileerd vanaf vooral de 19e eeuw, maar in de islam is daar nog niet eens een begin mee gemaakt. Ja, inmiddels door Westerse geleerden en dan nog maar pas. En gotspe der gotspes: de islam verwijt het christendom dat het een vervalsing van het echte geloof is en dat Mohammed, “het zegel der profeten”, dat allemaal heeft recht gezet. Je moet maar durven. En inderdaad: deze brutalen hebben de halve wereld. En ze willen hem helemaal. Al 1400 jaar lang.

_____________________________

***Comments op stukken op websites worden vaak in enige haast geschreven. Daarom heb ik de vrijheid genomen één zinsnede van “Filantroop” ietsje te redigeren. Niet kwaad zijn, Filantroop!

_________________________

Link naar dit stuk op AmsterdamPost