ANTISEM AYATOL HEILIn zijn stuk op E. J. Bron waarin hij twee types “antisemitisme” onderscheidt, refereert Martin van Vliet aan een lezing van Sam van Rooy uit 2011. Die lezing is inderdaad . . . . eh . . . . zeer lezenswaardig, vooral door de vele concrete voorbeelden van oude en nieuwe Jodenhaat, maar de lezing lost, uiteraard, het raadsel van de Jodenhaat niet op. Martin van Vliet lukt dat vanzelfsprekend net zo min in zijn stuk. En ook ik ga het ultieme geheim achter de oudste historisch gedocumenteerde haat in de onderhavige tekst niet ontsluieren.

De Jodenhaat is heel oud. Die begint al in het oude Egypte. Pieter van der Horst, een Nederlandse ex-hoogleraar Judaica, heeft in 2006 in zijn afscheidsrede getiteld “De mythe van het Joodse kannibalisme” uiteengezet hoe de demonisering van de Joden niet met het christendom is begonnen, maar in het voorchristelijke Egypte, bij de priesters Manetho en (later) Apion. De oerste vorm van antisemitisme is dus zowel pre-christelijk als pre-islamitisch.

Die afscheidsrede van Pieter van der Horst werd overigens berucht door een geval van openlijke academische censuur. De toenmalige rector magnificus van de Universiteit Utrecht, Willem Hendrik Gispen zette Van der Horst onder zware druk om het gedeelte waarin hij de opname van het nazistische antisemitisme in de islam behandelde, te schrappen. Gispen was namelijk bezig geld binnen te halen, misschien ook wel uit Saoedie-Arabië en de Golfstaten, om de nieuwe afdeling islam-propaganda van zijn universiteit te bekostigen. Van der Horst gaf aan de druk toe, maar de rede is later in zijn geheel uitgegeven door het CIDI onder dezelfde titel “De Mythe van het Joodse Kannibalisme”. In het voorwoord staat het schandelijke optreden van Gispen vermeld.

Het stuk van Martin van Vliet lost, zoals gezegd, uiteraard het raadsel van de Jodenhaat niet op. Het is wel verhelderend, maar toch slechts tot op zekere hoogte. Martin maakt onderscheid tussen “ras-anti-semitisme” van islam en neo-nazi’s en het “Zion-antisemitisme” van wat zich tegenwoordig links noemt.

Martin stelt vast dat de antisemieten erin geslaagd zijn “Zionisme” een slechte klank te geven. Dat komt natuurlijk door de constante lasterleugenpropaganda van Orwelliaanse islamofiele conglomeraat van pseudo-links. Maar er zit in dat negatieve gebruik van de term “Zionisme” op zich al een smerige truc verborgen. Want Zionisme is tenslotte ook maar een gewoon “-isme” . . . . . . Je hebt “-ismes” van allerlei soorten en er zijn er bij die voor allerlei mensen een positieve, negatieve of neutrale klank kunnen hebben: terrorisme, islamisme, socialisme, positivisme, autisme, narcisme, marxisme, socialisme, relativisme, agnosticisme, communisme, Maoïsme, monotheïsme, polytheïsme, Stalinisme, Nazisme . . . . . etcetera et ad infinitum. Zo blijft ook Zionisme alleen maar een “-isme” en daarmee kwetsbaar voor kritiek en verwerping. Het is iets waar je je schouders over kunt ophalen of voor of tegen kunt zijn.

Maar als we Zionisme “Israëlisme” noemen dan wordt onmiddellijk duidelijk waar de smerige truc zit die de (krypto-) anti-semieten toepassen, want we spreken toch ook niet van Venezualisme, Englandisme of Zimbabwisme om het hebben van een eigen staat aan te duiden? Nee, alléén het hebben van een eigen staat door Joden is een “-isme”.

Terug naar het hoofdonderscheid dat Martin van Vliet aanbrengt: naar mijn idee is het gevaar van dat onderscheid dat op die manier het “Zion-antisemitisme” onschuldiger gaat lijken dan het is, terwijl ik vermoed dat in beide vormen de behoefte aan supremacistische haat (Uebermenschen-ideologie, het zich minachtend verheven voelen boven “de Ander”) primair is. Waarin die behoefte zich uitdrukt is, lijkt mij, secundair. Die hele “rassenleer” maar ook het moderne “anti-Zionisme” zie ik als een masker voor die supremacistische haat. Hafid Bouazza heeft wel eens gezegd dat de hele islam een excuus voor haat is.

De vraag daarachter is natuurlijk weer: waar komt die supremacistische haat vandaan? Afgezien van de neurologisch-pathologisch afwijking in individuen, komt dat bij “normale” mensen voort uit het gevoel vernederd te worden. Dat kan reëel zijn en verbeelding en ook nog een mengsel van beiden. Het proletariaat, Duitsland na Versailles, de moslims, de homo’s, de zwarten, de vrouwen: allemaal “vernederd” en dat kán – nee, het hóéft niet – maar dat kán dan worden omgezet in supremacistische haat. En ook zonder dat er supremacistische haat aan te pas komt, is er de neiging tot zelfverheffing van individuen, groepen, naties en religies: wij Feijenoord-supporters, wij verfijnde Wilders-afwijzers, wij anti-zionisten, wij Russen, wij moslims.

Over de oorzaak van de supremacistische haat tegen de Joden in al die eeuwen en zelfs millennia, heb ik me een leven lang het hoofd gebroken. Niet elke dag urenlang, maar toch zeer regelmatig en de laatste tijd begin ik te vermoeden dat het ligt aan het gewetensvolle in de Joodse traditie. Ik heb daar zelf ingewikkeld over geschreven, maar Hans Jansen heeft het ’t meest eenvoudig onder woorden gebracht. Ik heb het al meermalen geciteerd:

“Het christendom heeft een prachtig succes behaald: in de maatschappijen waar het domineert, of heeft gedomineerd, heeft het iedereen weten te overtuigen van de vanzelfsprekendheid van drie stellingen: ‘De schepper is redelijk en de schepping zit redelijk in elkaar.’ Zonder dat laatste geen wetenschap en techniek. ‘Behandel de mensen zoals je wilt dat zij jou behandelen.’ Zonder dat gebod geen democratie of rechtszekerheid, en geen vertrouwen in de handelspartners op de markt. ‘Fouten en schuld bekennen, daar knap je van op.’ Dat helpt te zoeken naar fouten van welke aard ook, en de verbeteringen aan te brengen die vooruitgang mogelijk maken.”

Die Gewetensvolheid van het Jodendom is in feite een mengsel van de drie factoren die Hans Jansen hier opsomt: Redelijkheid, Empathie en Schuldbesef. Deze RES, deze “zaak” is meteen de allergrootste res publica, het allergrootste staatsbelang, want vanuit deze oergrond, deze Heilige Drievuldigheid die zich laat samenvatten in “Gewetensvolheid” komt het tot een zowel welvarende als humane samenleving. Dat is wat de Joden in hun geschiedenis telkens wisten te scheppen, de laatste keer vanaf ongeveer 1800 in Palestina en ze hadden de Palestijnse Arabieren er graag in betrokken. Wie de moeite neemt zich te verdiepen in de geschiedenis van Israël, komt erachter dat het uitsluitend de irrationele agressiviteit van de islam is geweest, deze keer in de vorm van het “Moefti-isme” die dat tot op dag en minuut van vandaag onmogelijk heeft gemaakt.

De eerste alinea van een doorwrocht artikel van Martin van Vliet van juni 2014 onder de titel Jodenhaat is hip, maar dat kan niet zo blijven luidt aldus:

“ ‘Jodenhaat is hip’ stond er op 31 mei 2014 in de krant na de aanslag eerder die week op het Joods Museum in Brussel. Esther Voet, directeur van het Centrum Informatie en Documentatie Israel (CIDI), noemt de Nederlandse reacties op de aanslag op de sociale media angstaanjagend: ‘Lekker kankerjoden doodgeschoten in België’, laat ene Wollah bijvoorbeeld weten. Een andere reactie: ‘Lekker van die Joden. Hopelijk bestaat er geen Jood meer op de wereld’. Het CIDI onderzocht de herkomst van deze reacties en in bijna alle gevallen waren zij afkomstig van allochtone jongens. Het behoeft geen nadere uitleg dat deze jongeren een diepe, primitieve haat jegens Joden koesteren.”

Dit is dus wat Martin van Vliet het “Zion-antisemitisme” noemt, dat ik graag Israël-irrationalisme noem en dat in aandrift niet verschilt van het “ras-antisemitisme”, namelijk supremacistische haat die voortkomt uit reële of verbeelde vernedering en behoefte aan zelfverheffing van vooral islamitische allochtonen. Dat is natuurlijk niet vreemd, want islamitische allochtonen komen uit een “cultuur” die niets positiefs gepresteerd heeft, nul-komma-nul heeft bijgedragen aan de ontwikkeling en het geluk van de mensheid, maar integendeel al 1400 jaar terreur, onderdrukking en waanzin verspreidt. Ben ik nou zelf supremacistisch aan het haten? Ik wou dat het zo eenvoudig was, dat de helse geschiedenis van de islam een projectietje uit mijn misvormde geestje zou wezen. En dat ook de “linkse” collaboratie met die helse islam gewoon een vorm van mijn paranoia zou zijn. Maar ik ben bang dat onderstaande alinea de waarheid samenvat:

“Zo heeft de islamitische wereld de Joods-Christelijke wereld altijd gebruikt: je onderwerpt die cultuur, vermoordt de mannen en neukt de vrouwen, je profiteert van wat je ervan over laat en dat profijt kan fors zijn, zolang je hem nog niet helemaal geïslamiseerd hebt. Als je de boel na een jaar of honderd, tweehonderd, definitief kapot hebt, dan zeg je dat de neergang is gekomen omdat de islam niet strikt genoeg werd toegepast en claimt natuurlijk later wél dat al die welvaart en die uitvindingen precies door de islam zijn gedaan. En in het D66-Westen wijden ze daar dan een bewonderende tentoonstelling aan.”

En veel moslims in het Westen passen precies hetzelfde recept toe, geholpen door de “linksen”: klagen over dieskriemienaasie en rááásiesme, parasiteren op wat de Joods-Christelijk-Verlichte cultuur heeft voortgebracht, die cultuur haten en ondermijnen, samenklitten en zich stiekem superieur voelen, en vooral vasthouden aan de oer-oorzaak van alle ellende: de islam.

Is het zo erg met die islam als ik hier nu zeg? Ja, zo erg is het. De islam is een “religie” die elk wezenskenmerk deelt met de rancuneleer der quasi-vernederden bij uitstek: het Nazisme. En net als de Nazi’s hebben de moslims die rancune altijd uitgedrukt in een Uebermenschen-leer. Sam van Rooy legt in zijn al genoemde lezing uit 2011 in navolging van George Gilder de nadruk op de jaloezie die de Joodse creativiteit en de Joodse prestaties op elk gebied altijd hebben gewekt. De kern van jaloezie, van afgunst, is natuurlijk een gevoel van vernederd zijn. De moslims die hun hele geschiedenis de Joden als minderwaardig, als “dhimmies”, behandeld hadden, kregen vooral na 1948 te maken met een klein volk op een klein stukje welvarend en humaan ingericht land dat al die Arabische achterlijke en wrede dictaturen in drie oorlogen (1948, 1967, 1973) niet kapot wisten te krijgen.

Omdat ik zoveel sterke beweringen doe, zou hier misschien moeten ingaan op de historiografische problemen rond de islam, maar ten eerste ben ik niet eminent deskundig op dat gebied – (dat was Hans Jansen en ik hoop dat zijn nalatenschap op dat gebied nog ten nutte gemaakt wordt) – en ten tweede is wat een leek als ik van die historische problemen weet al veel te veel om in het bestek van dit artikel behandeld te worden. Ik zal eens een paar zijstraten noemen: de mythologische nevelen waarin het ontstaan van de islam en mijnheertje Mohammed gehuld zijn, de funeste invloed van de islam op het middeleeuwse christendom, de 19e eeuwse Joodse historiografie over de islam, Cordoba House & “El-Andaloes”.

Ach, het punt is eigenlijk dat het links-Orwelliaanse monopolie-conglomeraat in politiek, media en onderwijs dat subsidie-gewijs heerst en buitensluit, geen enkele behoefte heeft om uit zijn Gutmenschen-sluimer gewekt te worden, want anders zou het lezen van één voortreffelijk artikel kunnen volstaan om inzake de islam de slaperige lodderoogjes open te krijgen. Het boek “De islam: kritische essays over een politieke religie” onder redactie van vader & zoon Van Rooy is in 2010 op Hoeboei aangeprezen middels drie fragmenten. Een van die fragmenten is uit een essay geschreven door Machteld Allan dat is getiteld “Het onvolprezen haremsysteem: de islam als politieke orde”. Ik heb het hier gehad over “supremacistische haat” en hoe dat soms kan voortkomen uit echte of verbeelde vernedering of een combinatie van beiden. Uit de 26 pagina’s van het artikel van Machteld Allan kan de aandachtige lezer zomaar oppikken dat islam wel degelijk bestaat en dat de opdracht in die islam om de ongelovigen te beoorlogen en te bedriegen universeel is en dat moslims vanuit hun ”religie” vanzelfsprekende Uebermenschen zijn die op een vanzelfsprekende manier de ongelovigen vernederen. Moslims hoeven helemaal niet eerst zelf het idee te hebben vernederd te zijn om ongelovigen te vernederen. Nu is het wél zo dat moslims eigenlijk al vernederd . . . . . . nou ja . . . . . in elk geval belédigd zijn alleen al door het bestáán van ongelovigen. Ik citeer uit het artikel van Allan:

“Dat een capitulatie [***] geen verdrag tussen bevriende naties was, maar een unilaterale gunst van de sultan, kwam tot uitdrukking bij de totstandkoming van de capitulatie. Een ambassadeur van een christelijke natie die een capitulatie verlangde, moest bij de Porte eerste om vrede komen smeken, al was zijn land helemaal niet in oorlog met de sultan. Deze ceremoniële onderwerping was niet bepaald een formaliteit, maar moest daadwerkelijk worden opgevoerd. Zoals een rondreizende arts uit Ierland schreef: ‘Niets evenaart de absurditeit van de ceremonie behalve haar vernedering ( . . .)’.”

En dan beschrijft die Ierse arts die uitgebreide rituele vernedering.

Nee, in de islam is de haat ingebakken en heeft aldaar geen “vernedering” nodig om te groeien en bloeien. A God who hates” (Wafa Sultan), Because they hate(Brigitte Gabriel). Maar ja: maak dat Alexander Pechtold maar eens wijs. Die houdt het bij “vreemde luchtjes op de trap” waarop die domme Hollanders rááááásiesties reageren.

Zo zijn we via Pechtold automatische aangeland bij de irrationalistische Israël-haat en het collaboreren met de islam door “links”. Daarover en over het raadsel van de nep-linkse geest in het algemeen heb ik eindeloos gespeculeerd. Ik heb vroeg in 2009 al een keer een speciaal stuk gewijd aan de halve-gariteit van de typische pseudo-linkserd onder de titel “Islam en de BMW-er: Versuch eines Weberschen Idealtyps”. Deutschgründlich-wissenschaftlich-philosophisch. Jawohl. Wat zijn de trefwoorden? Domheid, domheid en domheid. Voorts: gemakzucht, wegkijken, narcisme, hedonisme, oh-wat-is-het-toch-fijn-in-mijn-eigen-hoofd, zelfverheffingsneurose, zelfmanifestatie, de beklimming van het morele krukje bij gebrek aan echt talent, better-than-thou-isme, pervertering. Vooral: weigeren het Kwaad te zien en eindigen met precies dat te doen waartegen Jesaja (5:20) waarschuwt: “Wee hen die het kwade goed noemen en het goede kwaad.”

En waarom doen ze dat, die pseudo-linksen? Ze zéggen dat ze opkomen voor de verdrukten en vernederden. Maar waarom sluiten ze aan bij een haat-“religie” die vooral de Joden haat, maar verder iedereen die geen moslim is? Zijn ze vernederd, de nep-linksen? Mogelijk, misschien, want ze zijn talentloos en dan loop je wel eens tegen een vernedering op, dunkt mij. Maar waarom dan die haat dan zo consequent verkeerd gericht?

Ik kan maar één verklaring bedenken: het is de Jan-Mulder-dimensie in de Jodenhaat: ze zijn te lamlendig, te weinig Gewetensvol, te weinig van de Joods-Christelijk-Verlichte traditie om zich werkelijk in wat dan ook te verdiepen. Ze hebben geen discipline. Ze weten niks van de geschiedenis van Israël, ze weten niks van de islam en ook IS blijkt ze niet tot bezinning te dwingen. Ze hebben zich gemakzuchtig vastgebeten in een jaren-60-verhaal over het kapitalistisch-imperialistisch kolonialisme van het slavendrijvende Westen uit de tijd van Baader-Meinhof. Ze drijven opportunistisch mee op de stroom zolang die hun carrière dient. Er is in het achterhoofd wel een zekere verontrusting, maar vooral voor degenen die al decennia de EU en de islam verdedigen en Israël aanvallen, is er eigenlijk geen weg terug zonder een enorm gezichtsverlies. En aangezien de mens liever schuldig is dan beschaamd, gaan ze door op de ooit ingeslagen wegen. Ik zou graag geloven dat zij geen antisemieten zijn, maar de gelegenheid om zo langzamerhand beter te weten is zó groot dat je je moet afvragen: willen ze niet geïnformeerd worden? En mijn criterium voor een antisemiet is: zij die beter kunnen weten, maar klaarblijkelijk niet willen.

En dan heb je nog blijkbaar objectief gestoorden als J. J. Wijenberg. Ik hoorde ergens zeggen dat Wijenberg zelf Jood is. Als dat zo is dan behoort hij tot de categorie “meegaande Joden” zoals ook Jaap Hamburger. Ik noem ze ook wel Stockholm-syndroom-Joden. Je hebt ze zelfs in Israël. Sam van Rooy haalt in zijn lezing een zin uit George Gilders “Israël-test” aan: “Joden excelleren verbazingwekkend genoeg zo overduidelijk op elk intellectueel domein, dat ze iedereen overtreffen, zelfs op het vlak van antisemitisme.” Ik heb dan ook bij een van die gekken, Ari Shavit, maar liefst 18 essays nodig gehad om uit leggen waarom hij een krankzinnige en gedegenereerde Stockholm-syndroom-Jood is. Lodewijk Asscher is in Nederland een voorbeeld van dat soort excellente Jood. Asscher is lid van een partij die de . . . . . eh . . . . . . Israël-irrationalist Frans Timmermans als prominent lid heeft en die de boycot-acties tegen Israël ondersteunt. Dan ben je dus, Asscher zijnde, óf een zelfhatende gek óf totaal-carrière-belust-hypokriet. (Ja, allebei kan ook.) En dan heb je nog verstandelijk gehandicapte Joodse “genieën” als Noam Chomsky en Norman Finkelstein en dan roep je: Alan Dershowitz, Alan Dershowitz!

Hoe eindigen we dit esseetje? Essay is een deftig woord voor probeersel. Ja, ik ben ook soms – vaak! – verward, moe en ongelukkig. Maar ik probeer het. En ik beken: deze keer kom ik er niet helemaal uit. Of misschien moet ik zeggen: ik kom er helemáál niet uit. Hoe word je nog wijs uit deze veelkleurige krioeling van gektes, uit 500 tinten groen-geel-paars-blauw-rood-oranje-zwart?

Als je het raadsel niet kunt oplossen, moet je het vergroten. Bij de dagelijkse mail die ik krijg van David Wood – dat zouden we allemáál moeten doen, abonneren op David Wood – zat deze dinsdag een bericht over Thomas Evans, een Engelse twintiger die in Kenya is gesneuveld terwijl hij in dienst van Al-Shabaab een stormaanval uitvoerde op het Pad van Allah. Het commentaar van de moeder: haar zoon was mensen tegengekomen met “heel erg verdraaide en misvormde opvattingen van de islam”.

Ik zou zeggen: roept u maar! Dan ga ik een halve liter wodka soldaat maken.

Op 22 april 1979 drong de “Palestijn” Samir Kuntar met vier andere terroristen schietend en handgranaten werpend een huis binnen in Nahariya, een kustplaats vlakbij de grens met Libanon. Het aanwezige gezin bestond uit Smadar Haran Kaiser, haar man Danny en twee dochtertjes Einat (4) en Yael (2). Vader Danny en Einat werden op de vlucht buiten achterhaald. Vader Danny werd voor de ogen van kleuter Einat door Kuntar doodgeschoten en vervolgens werden de hersens van Einat door Kuntar ingeslagen met de kolf van zijn geweer. Moeder Smadar en Yael hadden zich verborgen in een kruipruimte in het plafond van hun appartement. Om het kind stil te houden had de moeder haar hand op de mond van het kind gehouden, maar in haar paniek bleek ze het meisje te hebben doen stikken. Hier wordt  Samir Kuntar na een gevangenenruil (16 juli 2008) met Israël als een held ontvangen in Libanon. Kuntar ontving van de Syrische president Bashir Assad in november 2008 een hoge onderscheiding.

Op 22 april 1979 drong de “Palestijn” Samir Kuntar met vier andere terroristen schietend en handgranaten werpend een huis binnen in Nahariya, een kustplaats vlakbij de grens met Libanon. Het aanwezige gezin bestond uit Smadar Haran Kaiser, haar man Danny en twee dochtertjes Einat (4) en Yael (2). Vader Danny en Einat werden op de vlucht buiten achterhaald. Vader Danny werd voor de ogen van kleuter Einat door Kuntar doodgeschoten en vervolgens werden de hersens van Einat door Kuntar ingeslagen met de kolf van zijn geweer. Moeder Smadar en Yael hadden zich verborgen in een kruipruimte in het plafond van hun appartement. Om het kind stil te houden had de moeder haar hand op de mond van het kind gehouden, maar in haar paniek bleek ze het meisje te hebben doen stikken. Hier wordt Samir Kuntar na een gevangenenruil (16 juli 2008) met Israël als een held ontvangen in Libanon. Kuntar ontving van de Syrische president Bashir Assad in november 2008 een hoge onderscheiding.

______________

*** Het woord “capitulatie” slaat hier niet op “overgave”, al is dat natuurlijk wel wat er heel erg aan de hand is. Het woord slaat op de “capitulationes” de “hoofdstukjes”, de “punten” waaruit het verdrag was samengesteld dat de ambassadeur kwam ondertekenen.

Dit stuk is doorgeplaatst op E. J. Bron